Naar aanleiding van enkele vragen wil de Huurcommissie graag wat meer duidelijkheid geven over energielabels en woningwaardering.
In procedures rond de huurprijs (woningwaardering) toetst de Huurcommissie in lijn met de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (Uhw) en het Besluit huurprijzen woonruimte of er op de peildatum van de procedure een geldige energieprestatie bekend is voor de woning. In de uitvoeringspraktijk wordt hierbij uitgegaan van de opnamedatum van het energielabel. Deze datum staat in EP-online, de officiële landelijke database met energielabels en energieprestatie-indicatoren van gebouwen.
Dit kan dan afhankelijk van de procedure bij de Huurcommissie bijvoorbeeld betekenen dat een energielabel moet zijn opgenomen:
- vóór de ingangsdatum van de huurovereenkomst (7:249 BW) (toetsing aanvangshuurprijs);
- vóór de ingangsdatum van een huurverlaging (7:254 BW) (toetsing redelijkheid huurprijs na voorstel tot huurverlaging).
Een nieuw opgenomen energielabel (bijvoorbeeld na verduurzaming) kan ook in lopende contracten van invloed zijn op de woningwaardering volgens puntentelling.
Hieruit volgt dat de Huurcommissie een energieprestatie die niet meer geldig is (verlopen) op de peildatum, niet meer meeneemt in de woningwaardering (de puntentelling). Een ander voorbeeld van een ongeldige energieprestatie voor de woningwaardering is het zogenaamde ‘vereenvoudigde energielabel’, waarbij geen opname in de woning is gedaan.